De kracht van automatisering en digitalisering in bordenbouw benutten

Rittal opende begin juni officieel de deuren van het Rittal Application Center in Lokeren. Een nieuw sluitstuk op de filosofie die het samen met zusterbedrijf Eplan nastreeft, maar zeker geen eindpunt. Samen willen ze blijven verdergaan in het digitale verhaal en met gecombineerde oplossingen de volledige waardeketen in bordenbouw, van engineering tot onderhoud, automatiseren. Klanten kunnen in het Rittal Application Center niet alleen de technologie aan het werk zien, maar ook proeven van wat dat allemaal concreet oplevert in de praktijk aan kwaliteit, productiviteit en efficiëntie. 

Toen Rittal in 1961 zijn eerste gestandaardiseerde kast op de markt bracht, had het bedrijf met hoofdzetel in het Duitse Herborn nog geen idee welke revolutie dit zou ontketenen. Het team van ontwikkelaars had gewoon goed geluisterd naar wat bordenbouwers nodig hadden. Het zou de rode draad doorheen de geschiedenis blijven. Koen Wolfcarius, managing director Rittal Belgium: “We hebben niet alleen het gamma uitgebreid – drie standaardafmetingen werden er intussen meer dan dertig – maar ook nagedacht over hoe we de job van onze klanten eenvoudiger kunnen maken.”

Het begin van een verhaal van automatisering en digitalisering. “Al sinds 1989 trekken we met zusterbedrijf Eplan de kaart van digitalisering in elektrisch engineeren”, geeft Wolfcarius aan. “De software van toen is niet meer te vergelijken met wat hij vandaag is. En ook de maatschappij niet meer. Een digitale golf heeft ons overspoeld en wijst ook de weg vooruit. Het biedt immers een antwoord op het tekort aan technisch geschoold personeel waarmee maakbedrijven kampen. We horen van onze klanten dat het vinden van de juiste mensen vaak de grootste belemmering voor verdere groei is.”

Daarom bood Rittal in zijn Modification Center al verschillende diensten aan ter ondersteuning van zijn klanten. “In ons atelier freesden we voor klanten de uitsparingen uit die ze nodig hadden. Als dienst, maar intussen staan er in België ook al veertig van onze Perforex machines bij klanten. Het beste bewijs dat onze oplossingen klanten echt vooruithelpen.” Zo evolueerde het tot een plek voor demo’s, training en zelfs tot een plek voor het bouwen van prototypes waar physical twins als het ware tot leven komen. 

Met de opening van het Rittal Application Center wordt daaraan nu een vervolg gebreid. “Omdat we nog meer toegevoegde waarde willen brengen voor onze klanten”, vertelt Wolfcarius. “Hoe dan? Door de volledige waarde­keten te gaan integreren. Van engineering, over sourcing en manufacturing tot aan operations.”

Een verhaal van synergie, want samen met de eenvoud en gebruiksvriendelijkheid van de engineeringsoftware van zusterbedrijf Eplan ondersteunt Rittal zijn klanten in bordenbouw in elk van bovengenoemde fases. Wolfcarius: “Willen we de volgende stappen zetten in tijdswinst en efficiëntie, dan moeten we teruggaan naar de engineering. Door te vertrekken vanuit een digitaal ontwerp, creëren we een digital twin en kunnen we alle volgende stappen optimaal laten renderen. Vanuit de engineering kunnen we dan immers ook alle machines rechtstreeks aansturen en zonder kans op fouten voorzien van wat er nodig is aan producten, bewerkingen en bekabeling. Op die manier willen we het werk van de bordenbouwer eenvoudiger maken, zodat een kortere opleiding volstaat. Enkel nog klikken, lezen en vastschroeven.”

Hoe die theorie zich nu concreet in de praktijk vertaalt, dat werd duidelijk bij de wandeling doorheen het Rittal Application Center. Danny Forré fungeerde als kundige gids langs de Perforex, Secarex en Wire Terminal technologie. “Zelfs een eenvoudige kast heeft al snel drie à vier openingen nodig. Een manueel karweitje dat gauw twee uur tijd kost. De Perforex machine klaart die klus in ongeveer vijftien minuten. Tijd die de operator overigens ook nog nuttig kan invullen, want hij hoeft niet bij de machine te blijven staan.” 

De volgende stap is het op maat snijden van kabelgoten en DIN-rails. Rittal schuift daarvoor zijn Secarex machine naar voren. “Een halfauto­matische oplossing. Je hoeft de kabelgoot enkel tegen de aanslag te plaatsen, de rest doet de machine. Met twee uitgangspunten: nauwkeurigheid, zodat de bevestigingsgaten perfect gepositioneerd zijn, en zo weinig mogelijk materiaalverlies.”

In diezelfde kleine kast die als voorbeeld diende voor de Perforex horen uiteraard de nodige draden. 84, om precies te zijn. De Wire Terminal haalt alle informatie daarover eveneens uit de Eplan Pro Panel software, zodat ze perfect op maat gesneden worden, geïdentificeerd en afgewerkt zoals de klant het wenst. “De bundels worden in de juiste volgorde geleverd. Waar de operator vroeger alles nog zelf moest uitmeten, hoeft hij nu enkel nog digitaal het plan te volgen en de juiste verbinding te maken. Assembleren dus, in plaats van kableren. Kinderspel”, aldus Forré. 

Met de toevoeging van de Wire Terminal aan zijn Application Center tekent Rittal Belgium overigens voor een wereldprimeur. De collega’s van het hoofdkantoor in Duitsland waren daarom present op de opening en kijken benieuwd uit naar hoe deze toevoeging in de smaak valt.

Met deze opening wil Rittal tonen dat automatisering en digitalisering zelfs voor kleinere series of enkelstuks renderen. Forré: “De tijd die je in de digitale engineering van je kast steekt, is nooit verloren. Het gedetailleerde 3D-beeld dat eruit voortkomt maakt het samenstellen van kasten veel intuïtiever en verlaagt de kans op fouten al van in het begin. Er valt ook tijd te winnen, omdat de verschillende stappen elkaar niet hoeven op te volgen, alles kan in parallel gebeuren. Wanneer je maar één kast te bouwen hebt, is het net zo belangrijk dat het in één keer juist gebeurt in een zo kort mogelijke tijd. Klanten kunnen dus door gebruik te maken van het Rittal Application Center hun efficiëntie verhogen, zonder zelf te hoeven investeren in deze machines. Want dit atelier blijft in de eerste plaats een productieruimte.”

En hoewel de cirkel met al deze machines rond lijkt, blijft Rittal toch vooruit kijken. “Niet elke klant staat al even ver in dit verhaal van integratie. Het zal ook niet van toepassing zijn voor elke klant. Daarom kan al deze technologie evengoed perfect stand-alone dienen. We hebben dus nog een lange weg te gaan om tot een geïntegreerde waardeketen te komen. 75% van dat werk ligt nog voor ons. Maar tegelijk houden we onze ogen en oren open voor nieuwe technologische ontwikkelingen. Apple lanceerde net zijn VR-bril. Liggen daar mogelijkheden om bordenbouwers verder te helpen? Tijd zal het uitwijzen, maar wij blijven attent en alert voor de noden en de vragen van onze klanten. Zoals we altijd al gedaan hebben”, besluit Wolfcarius. ■