Stel je voor dat toegang tot procesdata even vanzelfsprekend is als elektriciteit of kraantjeswater. Dat dit geen toekomstmuziek is, bewijst het Belgische aardappelverwerkende bedrijf Agristo. Door IT en OT samen te brengen op één centraal platform, maken ze procesdata voor iedereen in de organisatie toegankelijk. Het resultaat? Betere besluitvorming en een efficiënter productieproces waaraan elke medewerker kan bijdragen.
In het verleden bleef procesdata vaak beperkt tot de automatiseringssystemen van een fabriek, enkel toegankelijk voor een kleine groep technici. Hierdoor bleven waardevolle inzichten beperkt tot een selecte kring. Vandaag is dat niet langer toereikend: steeds meer afdelingen, van management tot logistiek en kwaliteitscontrole, hebben toegang nodig tot productiedata om processen beter te begrijpen en te optimaliseren.
OT-systemen zijn vooral gericht op betrouwbaarheid en continuïteit, maar vaak niet geschikt voor schaalbare datatoegang. IT-systemen daarentegen zijn juist gemaakt om grote hoeveelheden data te verwerken en breed toegankelijk te maken. Een centrale IT-infrastructuur is een must om procesdata van OT-systemen toegankelijk te maken voor iedereen binnen de organisatie.
Veel Vlaamse productiebedrijven lopen nog achterop als het gaat om centraal datamanagement. Ondanks het groeiende bewustzijn – en gelukkig ook steeds meer actie – gebeuren dataprojecten vaak nog geïsoleerd, met voor elk project een aparte infrastructuur. Dat maakt het kostelijk en complex, en bovendien moeilijk om snel in te spelen op nieuwe behoeften.
Bedrijven die hun procesdata breed toegankelijk willen maken en er optimaal gebruik van willen maken, moeten afstappen van projectmatige oplossingen, geïsoleerde tools en datasilo’s. Met een beperkte investering in een centrale data-infrastructuur op IT-niveau kunnen ze nieuwe dataprojecten eenvoudiger en kostenefficiënter opzetten. Het wordt dan ook makkelijker om initiatieven binnen een Unified Namespace te implementeren.
Het Belgische Agristo, een producent van diepgevroren aardappelproducten, laat zien hoe een centrale data-aanpak in de praktijk werkt. Ze maken gebruik van het dataplatform Factry Historian om hun productieanalyse te verbeteren en procesdata toegankelijk te maken voor een brede groep medewerkers. Hierdoor kunnen operators en managers beslissingen nemen op basis van concrete data, in plaats van op intuïtie.
Bovendien fungeert het platform als een veilige ‘sandbox’, los van de OT-systemen van het bedrijf. Hierdoor kunnen medewerkers van verschillende afdelingen real-time procesdata verzamelen, analyseren en ermee experimenteren zonder operationele risico’s. Die open datacultuur heeft geleid tot slimmere besluitvorming, meer efficiëntie en betere kwaliteitscontrole. Door visuele inzichten in kritieke KPI’s kunnen ze snel reageren op afwijkingen, wat resulteert in minder downtime en meer output. Toegang tot historische data maakt het ook eenvoudiger om kwaliteitsproblemen te identificeren en tijdig op te lossen.
Zonder een centrale data-infrastructuur loopt een organisatie het risico vast te lopen in dure, geïsoleerde dataprojecten en een onoverzichtelijke verzameling tools. Een centraal platform maakt het mogelijk om efficiënter projecten te starten, sneller te schalen en beter voorbereid te zijn op uitdagingen zoals AI. Het voorbeeld van Agristo bewijst dat deze aanpak tastbare voordelen oplevert: minder ongeplande downtime, verbeterde kwaliteitscontrole en een winstgevender productieproces.
Neem dan rechtstreeks contact op met Factry BV.
Contact opnemen